Op 21 oktober 2013 stuurde de Adviesgroep Schone Lucht en Gezondheid een brandbrief naar het college. Van de brandbrief werd in de pers uitvoerig verslag gedaan. Volgens de brandbrief was de Adviesgroep van mening dat de door het college voorgestelde maatregelen om de luchtverontreiniging terug te dringen volstrekt onvoldoende waren. Onvoldoende om de EU-normen in 2015 te halen, laat staan om daar in 2015 ruimschoots onder te komen zoals het college zich in 2010 voornam. In de brief werd erop gewezen dat de luchtverontreiniging volgens recente wetenschappelijke inzichten nóg schadelijker was voor de gezondheid dan al werd aangenomen
“De vele miljarden roetdeeltjes die het verkeer dagelijks in de stad uitbraakt dringen niet alleen diep in de longen door, maar komen ook via de longblaasjes in de bloedbaan met vergrote kans op hart- en vaatziekten tot gevolg”, aldus de brief. De brief verwijst naar recent wetenschappelijk onderzoek waarin de relatie tussen luchtverontreiniging en kanker is aangetoond. De brief besluit met de vraag: “wat gaat u op korte termijn nog meer doen om onze burgers tegen de gevaren van luchtverontreiniging te beschermen” en het dringende verzoek om “binnenkort” op de brandbrief te antwoorden.
Wij van de SSLU waren benieuwd of het college, i.c. de wethouders Lintmeijer (GroenLinks) en Everhardt (D66) “binnenkort” op de brief zouden reageren. Op 3 december 2013 was dat nog niet het geval. Op die datum blijkt de Adviesgroep een herinnering gestuurd te hebben. Bij navraag blijken Lintmeijer en Everhardt echter nog steeds niet op de brandbrief te hebben gereageerd. Inmiddels zijn dus ruim drie maanden voorbij. Met andere woorden: dat antwoord kan de Adviesgroep wel vergeten.
In september 2012 besloot de SSLU uit het overleg van de Adviesgroep met Lintmeijer te stappen. De reden daarvoor was dat dat overleg niets opleverde. De Adviesgroep werd op 4 februari 2012 opgericht op initiatief van onder andere de SSLU. De hoop was dat door middel van overleg met Lintmeijer de strijd tegen de luchtverontreiniging meer prioriteit zou krijgen. Lintmeijer had ondanks allerlei eerdere toezeggingen zelf niet het initiatief genomen zich door geïnteresseerde en betrokken burgers te laten adviseren. En toen de Adviesgroep er een keer was, bleek dat kennelijk tegen zijn zin te zijn want er is nauwelijks overleg geweest en de Adviesgroep heeft zelfs op haar brandbrief van 3 oktober 2013 tot op heden geen enkele reactie gekregen.
In het wereldje van Utrechters die zich met luchtverontreiniging bezighouden zijn er nog steeds die menen dat je vooral in gesprek moet blijven met de wethouders en hun ambtenaren en dat je geen actie tegen dit college moet voeren. Als er nu echter één ding duidelijk is geworden, is dat je zelfs met brandbrieven bij dit college van GroenLinks, D66 en PvdA niets bereikt. Je wordt domweg straal genegeerd. Misschien zouden de Utrechters die, ondanks het feit dat ze door het college genegeerd worden, vasthouden aan het harmonie- en overlegmodel zich moeten afvragen of ze daarmee de actie voor schone lucht en gezondheid niet in de wielen rijden en daarmee het streven naar schone lucht een slechte dienst bewijzen.
De ervaring met de Adviesgroep Schone Lucht en Gezondheid zou een les moeten zijn voor iedereen en elke bewonersgroep die zich inzet tegen plannen van de gemeente die slecht zijn voor de luchtkwaliteit in zijn of haar buurt/straat: laat je niet verleiden tot participatietrajecten die door de gemeente worden georganiseerd en kijk goed uit bij overleg met de wethouder met zijn ambtenaren. Ga altijd goed na of de informatie wel klopt die je van de gemeente krijgt. Vergeet nooit dat je altijd nog naar de bestuursrechter kunt bij een slecht besluit. Elke bewoner die bereid is om de problemen “in goed vertrouwen en samen met de gemeente” op te lossen is voor de gemeente één actievoerder minder. En hoe minder actievoerders en bezwaarmakers, hoe minder ook de wethouders van GroenLinks en D66 zich van de bewoners aantrekken.